Blanken in hartje winter
Het voorgaande jaar begon ik met een mooie twintiger op een zonnige, maar koude dag vroeg in januari. Nog geen twee en een half uur vissen was daar slechts voor nodig. Half februari stond de teller al op zeven in minder dan twaalf uur, verdeeld over vier korte sessies! Als je ze eenmaal hebt gevonden en je hebt het water voor jezelf komt het soms allemaal vanzelf. Er zwemmen op dat water nog een paar mooie vissen die ik graag zou willen vangen, dus dat trucje ging ik dit jaar wel even herhalen. Dacht ik..
Dat is het idee als ik half januari voor het eerst weer aan de waterkant ben. November de laatste vis gevangen en december weinig tijd gehad, daardoor heb ik al zeker twee maanden geen vis gevangen. Geen ramp, maar ik had het graag anders gezien.
De drang om te vissen was misschien ook iets minder groot de laatste maanden, die perioden zitten er nu eenmaal tussen en ik forceer mezelf dan niet om naar de waterkant te gaan. Het is immers een hobby en ik doe het omdat ik het leuk vind, zodra het “moeten” wordt is de lol er waarschijnlijk snel vanaf. Maar nu heb ik weer tijd en zin, dus ga ik lekker naar de waterkant. Ik vis vlak voor een obstakel waar de vis zich graag ophoudt in de winterperiode. Twee maiskorrels samen met een pop-up maiskorrel op de hair. Korte onderlijn. Klein voerspoortje van mais naar het obstakel en wat korreltjes in het obstakel zelf. Geen visser in de buurt, dit ziet er goed uit!
Ik vang al snel een brasem, half uurtje later nog één. Een vrouw voert brood aan de eenden, maar de duikeenden en meerkoeten zijn niet geïnteresseerd. Die duiken namelijk onafgebroken naar de mais en pakken vanzelfsprekend ook een aantal keer mijn haakaas op. Even later heb ik een duikeend aan de lijn, stom beest. Volgens mij had ik ‘m zelfs al eens “gevangen”. Na drie uur vissen houd ik het voor gezien, langer vis ik meestal ook niet in deze periode.
Een week later heb ik een aantal dagen achtereen vrij en is de weersverwachting prima. Niet te veel wind, met kans op een zonnetje. De luchtdruk is wel heel erg hoog, maar je kan niet alles hebben natuurlijk. In die vijf dagen ga ik drie keer vissen, telkens zo’n twee en een half tot vier uur. Voornamelijk met mais, dat blijft namelijk gewoon een heel goed aas. De laatste sessie probeer ik wat anders en voer ik met maden en vis ik met een kleine witte pop-up, ook een prima winterpresentatie. Helaas loopt het allemaal niet zoals ik voor ogen had en ik draai weer drie blanks. Er zijn inmiddels zelfs meerdere vissers aan het water waarvan één bijna dagelijks, vertelt hij later. De beste man weet ze goed te vangen, volgens eigen zeggen elke dag wel één. Ik geloof hem, want ik heb er zelf al twee voor hem gefotografeerd. Hij vist in het obstakel, iets wat hem dus veel vissen oplevert. Helaas is dat hetzelfde obstakel als waar ik vlakbij vis. Vissen in een obstakel is voor mij geen optie, de echt sterke vissen zal je er nooit uitkrijgen. Daarnaast vind ik het onverantwoord veel risico op het verspelen van de vis, met beschadigde vissen als gevolg. Met een onvoldaan gevoel verlaat ik het water.
Begin februari heb ik er weer zin in. Ik probeer altijd de zonnige dagen uit te kiezen als het even kan. Al schijnt de zon maar een paar uurtjes tussen de wolken door, dat is vaak al voldoende. Geen andere vissers deze keer, ideaal! Wederom instant en ook dit keer met de simpele maiskorreltjes die vorig jaar zo succesvol waren. Begin januari heb ik nieuwe molens gekocht en het wordt nu toch eens tijd om ze uit te testen door er een mooie karper mee te drillen. Ik zit eigenlijk een beetje te dagdromen als de beetverklikker ineens tot leven komt, ik sla aan en hang gelijk in de hengel. Soms zijn ze verrassend sterk en willen ze naar het obstakel, dus moet je er kort op zitten om ze op tijd te blokkeren. Helaas duurt de dril hooguit drie seconden. Onderlijn doormidden! Ik vloek en baal als een stekker, hoe is het mogelijk?! Ik vis nog even door met de andere hengel maar ruim kort daarna mijn spullen op.
Een dag later ga ik terug naar de stek, bewapend met waadpak en dreg. Niet om te vissen, maar om schoon te maken. Met de dreg zit ik bij de eerste keer werpen muur- en muurvast. Het blijkt later een metalen bouwsteun te zijn van anderhalve meter lang. Na een uur is de vangst: de bouwsteun, een prullenbak, twee bijpassende deksels, een paraplu en nog wat klein spul. Wat een rommel! Terwijl ik bezig ben vertelt een voorbijganger mij dat er vorig jaar ook al een fiets en een kinderwagen uitgehaald zijn. Lekker dan. Ik ga voorlopig een andere plek bevissen want hier ben ik even klaar mee. Even wat andere plekken bevissen de komende tijd, misschien dat ik daar wel mijn ding kan doen.
Het is natuurlijk veel leuker om te schrijven (en misschien ook wel om te lezen) over succesverhalen. Maar er zijn nu eenmaal niet alleen maar hoogtepunten in de visserij. Blanken in hartje winter is helaas de harde realiteit voor mij op dit moment. Hopelijk heb ik snel weer wat mooie karpers op de kant en kan ik de afgelopen sessies snel vergeten!!